In tegenstelling tot de meeste inleidingen in de formele semantiek veronderstelt dit nieuwe boek van Jeroen van Craenenbroeck en Guido Vanden Wyngaerd enerzijds geen enkele voorkennis, maar introduceert anderzijds wel de formele notatie die gebruikelijk is in hun onderzoeksgebied. Tegelijk slaagt het erin opmerkelijk bondig en overzichtelijk te blijven. Na een korte inleiding worden de propositionele en predicatenlogica behandeld, om vervolgens terug te grijpen naar de natuurlijke taal. Hier komen de belangrijkste onderwerpen uit het veld aan bod, zoals lambda-conversie, functionele applicatie en gegeneraliseerde kwantoren. De bijgevoegde oefeningen maken van het boek een aanrader voor docenten en studenten, alsook voor eenieder die wel eens een artikel uit de formele betekenisleer wil lezen, maar afgeschrikt wordt door de schijnbaar ingewikkelde notaties.
Interesse om dit boek te recenseren? Stuur een mail naar: boekbeoordelingen@tntl.nl
Formele semantiek. Een inleiding in de formele analyse van betekenis
Jeroen van Craenenbroeck en Guido Vanden Wyngaerd
Amsterdam University Press
2015
128 pagina’s
ISBN: 978 90 8964 713 9


Patroon en Argument viert het emeritaat van Joop van der Horst en William Van Belle, twee van de meest welbespraakte en iconische figuren uit de Nederlandse taalkunde. Beide emeriti waren niet alleen populair onder hun studenten, maar zijn dat duidelijk ook onder collega’s: niet minder dan 80 (!) taalonderzoekers uit binnen- en buitenland hebben samen 53 artikels bijgedragen. Deze verzameling geeft een goed overzicht van de huidige stand van zaken in de neerlandistiek en toont haar rijke variatie aan onderzoeksthema’s en methodes. Het geheel wordt voorafgegaan door een mooie inleiding van de redacteurs en elke bijdrage is steeds voorzien van een korte samenvatting.
In een tijd van groeiende mobiliteit lijkt de Nederlandse standaardtaal steeds meer terrein te winnen. Houdt dit echter noodzakelijk de teloorgang van het dialect in, of kunnen beide blijvend naast elkaar bestaan, elk met een eigen functie? Dit is onderzocht door Sabine Maas in een case study van het Twentse dialect zoals gesproken in Borne, in de Nederlandse provincie Overijssel. In haar masterscriptie analyseert ze opnames van het taalgebruik van lokale inwoners. De focus ligt daarbij op de huidige realiteit in Borne en de dialectcompetentie van de sprekers: in welke situaties spreekt wie dialect of standaardtaal en hoe goed lukt dat? Naast dit onderzoek biedt Twents op sterven na dood? een kort overzicht van de huidige status van de dialecten in Nederland. Dit boekje is interessant voor ieder die in Nederlandse dialecten geïnteresseerd is: onderzoekers, maar zeker ook leken. Een korte samenvatting in het Duits is voorzien.
Tussentaal, Verkavelingsvlaams, Soap-vlaams, Schoon Vlaams. De taalvariant tussen dialect en standaardtaal die doorheen heel Vlaanderen gesproken en meestal ook verstaan wordt, heeft meerdere namen en er bestaan evenveel meningen over. Tussentaal van De Caluwe, Delarue, Ghyselen en Lybaert vat 6 onderzoeken naar deze taal samen en schetst de veranderende kijk op tussentaal.
“I’m a scientist by training, and one of the very first things I learned is that while theories are nice, data is better.” Met dit citaat van Kelly McGonigal zet Robert S. Kirsner onmiddellijk de toon van zijn nieuwe boek Qualitative-Quantitative Analyses of Dutch and Afrikaans Grammar and Lexicon. Kirsner gaat in op Afrikaanse en Nederlandse demonstratieven, Nederlandse pragmatische partikels en imperatieven, idiomen met maar (Toe maar! Ho maar!), het progressieve aspect bij aan het + infinitief constructies en indirecte objecten.